Laatst sprak ik met iemand. Althans er gingen woorden heen en weer. Hij zei wat, ik zei wat. Ik begreep het niet, dus probeerde er achter te komen, achter die woorden. Kleine tipjes van piepkleine sluiers werden opgetild. In dat gesprek voelde ik me langzaam een soort voyeur worden die wilde kijken naar verboden dingen.
Maar, zo dacht ik, we hadden toch afgesproken dat ik mocht kijken. Het misverstand was geboren en zowel hij als ik voelden ons volstrekt onbegrepen.
Ik denk dat het helpt als je wat verder vraagt dan je neus lang is. Dat is mijn aanname. Maar waarom zou ik dat mogen? Ja, je moet veiligheid bieden, contact hebben, dat weten we wel. Echter als ik op onbekend of link terrein kom dan kon het wel eens ineens verboden voor onbevoegden zijn. Onverwacht, boem, de slagboom naar beneden.
Toch, wij van TLC zien onze waarde nu juist in dat dieper graven en doorpakken. Je komt dan in de buurt van de fundamenten van het bestaan, bij de dieper liggende kern, die mits met de juiste instrumenten bespeeld, nieuwe mogelijkheden bloot legt. Dat doet goed, doet soms pijn en het is soms eng.
Niet iedereen zit daar op te wachten, niet iedereen realiseert zich dat A zeggen ook B zeggen inhoudt. En dat leidt tot een vraag voor ons: kan het ook anders, kunnen we die grote betrokkenheid ook laten zien door een geheel andere aanvliegroute te kiezen.
We denken van wel. We blijven eigenwijs geloven in die waarde, we blijven zoeken naar vormen waarin we die kunnen leveren.