“En, weer een beetje zin om aan het werk te gaan?”
“Mwah, nog niet echt.”
“Komt wel weer.”
“Dit jaar is heb ik wel erg weinig zin geloof ik.”
Dit soort overpeinzingen horen we allemaal, elk jaar, in allerlei varianten. We vinden dat normaal, immers vakantie is veel leuker dan werk. Tijd voor jezelf, voor elkaar, niets moeten, genieten.
Ik was dit jaar in Wales en op zo’n dag dat het verstandiger is om maar binnen te zijn gingen we naar de Big Pitt, een enorme mijn, die nu museum is. We werden rondgeleid door een oud-mijnwerker. Aardige man die met veel humor vertelde over zijn baan die ergens in de vorige eeuw ophield. Kolen waren of te duur, of niet meer geliefd, ik weet het niet precies.
Ik kon me voorstellen dat het verschrikkelijk was om dagelijks onder de grond die kolen uit de aarde te hakken, ook nog eens gevaarlijk zoals we uit China en nu weer uit Chili vernemen.
Op een vraag daarover zei de oude mijnwerker dat hij morgen weer zou beginnen als ze de mijn weer open zouden gooien. Kameraadschap, samen hard werken, prachtige kolen. Ze hadden lol in hun werk, die kompels.
En ze hadden 1 week vakantie in een heel jaar.